
Spreekwoorden: (1914)
Kaas hebben aan iemand,d.w.z. maling hebben aan iemand, er lak aan hebben, er niet om geven. Kaas is iets overbodigs op geboterd brood? Vgl. Ndl. Wdb. VII, 733; Nkr. IX, 11 Sept. p. 7: Me kinderen hebben ook kaas an me..... nou ze getrouwd zijn hebben ze mijn nie meer nodig.
Gevonden op
https://www.encyclo.nl/lokaal/10778

Spreekwoorden: (1914)
Kaas hebben aan iemand,d.w.z. maling hebben aan iemand, er lak aan hebben, er niet om geven. Kaas is iets overbodigs op geboterd brood? Vgl. Ndl. Wdb. VII, 733; Nkr. IX, 11 Sept. p. 7: Me kinderen hebben ook kaas an me..... nou ze getrouwd zijn hebben ze mijn nie meer nodig.
Gevonden op
https://www.encyclo.nl/lokaal/10778
Geen exacte overeenkomst gevonden.